Doctoraat
Op deze pagina kan u een digitale versie mijn doctoraatsproefschrift downloaden.
Klik hier voor het pdf-bestand (Engels, 4,5 MiB)
Zij dit dat wensen kunnen hier mijn omslag vinden.
Webversie
Ik heb al meerdere omzetters onderzocht om LaTeX om te zetten naar HTML; maar geen enkele voldeed aan alle eisen. Misschien dat ik ooit een manuele omzetting doe, maar voorlopig zal de pdf-versie moeten volstaan.
Broncode en duiding
De broncode is beschikbaar op https://github.com/niknetniko/doctoraat. Hieronder enkele duidingen en aantekeningen over het vormelijke van dit proefschrift (meta-aantekeningen?). Hoewel ik voor veel zaken de standaardconventies van LaTeX gevolgd heb, ben ik op een paar vlakken bewust afgeweken.
De LaTeX-code is beschikbaar onder de MIT-licentie. De inhoud niet: die heeft de standaardlicentie van een doctoraat.
Basis
De tekst is gemaakt met LuaLaTeX, gebruikmakend van een documentklasse uit KOMA-Script van Markus Kohm.
Zetwerk
De tekst is gezet in Source Serif, een openbron lettertype van Frank Grießhammer, uitgegeven door Adobe. Sommige titels en andere accenten gebruiken een schreefloos lettertype, Source Sans door Paul Hunt, ook uitgegeven bij Adobe. Tot slot is code gezet met Source Code Pro, een niet-proportioneel lettertype, ook van Paul Hunt, ook uitgegeven bij Adobe. Deze drie lettertypes vormen samen één familie van lettertypes, waarbij er goed gelet is op de samenhang van deze lettertypes, onder toeziend oog van Robbert Slimbach.
Er is speciale aandacht besteed om het zetwerk van de tekst zo goed mogelijk te krijgen, zoals het gebruik van uithangende cijfers in lopende tekst, gebruik van kleinkapitalen, enzovoort. Dit bovenop de normaliter al goede kwaliteit aan zetwerk geleverd door LaTeX. Voor het gebruik van kleinkapitalen (mis)bruik ik de mogelijkheden van LuaLaTeX. In de broncode worden afkortingen en dergelijke geschreven in normale kapitalen, maar bij het compileren wordt deze vervangen door een equivalent met kleinkapitaal.
Opmaak
Qua opmaak heb ik soms wat meer ongebruikelijkere keuzes gemaakt. Zo zijn er praktisch geen voetnoten (op een aantal snelkoppelingen na): deze zijn vervangen door kanttekeningen. De bedoeling hiervan is minder hinder voor de lezer: doordat de aantekeningen dichter bij de relevante tekst staan, is er minder onderbreking dan bij een voetnoot, waarbij helemaal naar onderen in de pagina moet gegaan worden, en vervolgens terug naar de juiste plaats op de bladzijde in de tekst. Het document ondersteunt en gebruikt ook “brede” figuren: dit zijn figuren die de kantlijn ook benutten.
Op vlak kleur is er gekozen voor, tenzij in figuren of op het voorblad, één accentkleur. In de pdf-versie voor digitaal lezen zijn alle referenties en verwijzingen voorzien van deze kleur om de herkenbaarheid te verhogen.
Stijl
Daarnaast zijn er nog een aantal stijlkeuzes. Zo hebben referenties naar figuren en codefragmenten geen hoofdletter: dit draagt niet bij, en hoe minder hoofdletters hoe beter. Nog heb ik zoveel mogelijk afkortingen vermeden: dit voegt vaak enkel bijkomend jargon toe, terwijl de limietloosheid van een proefschrift net de plek is waar alles voluit geschreven kan worden (binnen redelijke grenzen natuurlijk).
Figuren
Voor een betere consistentie zijn alle figuren, inclusief alle grafieken en diagrammen gemaakt met TikZ. Dit zorgt ervoor dat alle figuren hetzelfde lettertype gebruiken, en niet wazig kunnen zijn. De enige uitzonderingen hierop zijn schermafbeeldingen. Daar heb ik ze in grote mate en zoveel mogelijk vervangen door vectorvarianten, waardoor ze oneindig zoombaar zijn.
De viooldiagrammen zijn ook gemaakt met een pakket dat achterliggend PGFPlots gebruikt, dat op zijn beurt weer TikZ gebruikt. Deze diagrammen zijn wel heel traag: de twee figuren die er gebruik van maken zijn verantwoordelijk voor de helft tot twee derde van de compilatietijd.